vrijdag 8 mei 2009

Rome Reis

Natuurlijk bevat het verslag wat schijnheiligheid. En een aantal van de leukste dingen kon ik niet vertellen. Dus dat doe ik nu nog maar even...
Ik heb namelijk een paar ontzettend domme acties gehad. Maar deze was echt het ergste
Ik wilde even naar de kamer van de jongens gaan. Dus ik klop op de deur en wacht keurig tot ik ''binnen'' hoor. Ik kom met een groots gebaar naar binnen... ''Heeey.......!'' was het de verkeerde kamer!! :O Er zaten wel Nederlandse jongens in maar niet degene die ik zocht haha :P
Dus ik zo ''ooow, ik dénk dat ik verkeerd zit'' zij zeiden ''ja, dat denk ik ook'' haha en toen ben ik snel de kamer uitgevlucht (eentje was zich nog aan het omkleden ook (alleen van shirt hoor)) oef wat was dat gieren :P

Maar hier is het Reis verslag (sorry, sommige dingen had ik al verteld)

Gewoonweg geweldig
Eigenlijk is Rome onbeschrijfelijk. De heerlijke chaos, het contrast tussen oud en nieuw en de hele sfeer: het is allemaal zo anders als hier in Nederland.
Dit jaar waren we met twee groepen, 20 leerlingen van 4G en zeven van 5G. Op woensdag 15 april gingen we om half 8 ’s ochtends op pad naar Dusseldorf. Dus dat betekende om half zes opstaan om nog even te checken, oke om te driedubbelchecken of ik echt alles wel had. Voor velen was het de eerste keer met het vliegtuig, maar iedereen vond het leuk. Na flink wat gezeul met de koffers (die overigens best meevielen qua grootte) kwamen we bij ons hotel: hotel Concorde.
Het lag op de vijfde verdieping, wat erg leuk is voor de mensen die niet van gammele liften houden. Altijd met de trap gaan werd wel beloond, want de derde dag bleef de lift steken tussen de derde en vierde verdieping. Gelukkig kon de receptie-man met een speciale sleutel de deuren openen. Het lag trouwens niet helemaal aan de lift dat hij vast bleef zitten, maar meer aan het feit dat er maar drie personen tegelijk in konden in plaats van de zeven die erin stonden. Verder was ons hotel echt heel tof, schoon en praktisch (vooral omdat wij de kamer met de grote badkamer hadden haha).
Kamer 209 kreeg het al in de eerste vijf minuten voor elkaar om de deur in het slot dicht te trekken, met de sleutel nog aan de bínnenkant. Gelukkig had de man van de receptie een oplossing; breekijzer erbij en ‘’it’s fixed’’,
De eerste dag doken we meteen al in de Italiaanse sferen. We gingen naar de keizerfora en ’s avonds naar de Trevi fontein.
Natuurlijk hebben de meeste mensen een muntje in de fontein gegooid, of in ieder geval een poging tot gedaan. Voor sommige was het best lastig om het muntje over hun línkerschouder te gooien en anderen konden niet zo goed mikken, waarna het muntje op het hoofd van een vrouw belande, die daarna niet zo blij meer keek.
Bij de Trevi fontein zit ook een heerlijke ijssalon, de Blue Ice. Dat werd echt onze stam-plek. Tot diep in de nacht komen toeristen naar de fontein… hartstikke gezellig dus.
Een paar mensen hielden een quote -boekje bij. Alle domme acties en quotes kwamen daar in te staan en dat waren er nogal wat. Degene die de klassieke leraren het meeste kippenvel zou bezorgen is vast deze ‘’het valt mij op dat er helemaal geen kerken voor Christus zijn’’ waarop het briljante antwoord ‘’Dat kan ook niet, want ze zijn allemaal barok. Er is er maar één Romaans’’ volgde.
De tweede dag hadden we, onbedoeld, geen druk programma. Naar het Ara Pacis, naar de Santa Minerva, naar het Pantheon en dat allemaal lopend. Ja, in Rome zijn heel veel trappen en we moesten de hele week veel lopen. Maar volgens mevrouw Landa ‘’waren wij echt een hele niet zeurderige, maar juist een hele leuke en fanatieke groep.’’
Toen zouden we aansluitend op het Pantheon naar de San Ignazio gaan. Maar die kerk bleek een siësta te houden. Dus moesten wij voor nood ook maar pauze houden. Even speedshoppen, lunchen en lekker zitten op de trappen. Ach ja, we moesten de stad natuurlijk ook bélévén. Ook moest onze Hollandse voorraad verkleind worden, want die rugzakken waren toch wel zwaar. En stel je voor dat we beroofd zouden worden?!
’s Avonds ging we op eigen houtje een ijssalon zoeken en even netwerken met wat andere Nederlanders. De Groningers in het hotel tegenover ons waren voor sommige ook wel interessant. Mevrouw Braam vond dat verhaal blijkbaar niet zo interessant; ze stopte al met luisteren na de woorden ‘’we zaten in het raam en…’’
Meestal aten we gezamenlijk, net zo gezellig en dan raakten we tenminste niet verdwaald. Door hun ervaring wisten Braam en Landa de beste tentjes te vinden. Steeds weer de keus; pizza, lasagne, pizza, pasta of pizza? Wat een kwelling.
Als ontbijt kregen we elke dag een hard broodje en een zoet croissantachtig ding. Naast ons hotel woonde Harry, onze huiszwerver. Vanaf vandaag, dag drie, besloten we de overgebleven broodjes te verzamelen om ze op de laatste dag aan Harry te geven.
Op dag drie zijn we eerst naar het Forum Romanum geweest. Daar moesten we in groepjes een toneelstukje doen. Alle stukjes waren erg grappig en eindigden ongeveer zo; iemand werd vermoord. Het Forum is nu nogal vergaan, maar vroeger was dit echt het centrum van de stad. Het is lastig voor te stellen dat drie pilaren de grootste tempel van Rome was. Ik was al eerder in Rome geweest, maar door de toneelstukjes en vooral door de levendige verhalen van mevrouw Braam en mevrouw Landa kon ik me veel beter voorstellen hoe het geweest moest zijn. ’s Middags zijn we naar het colloseum geweest. Deze maakte ook veel indruk, zoveel dat we er later die week nog een keer ’s avonds heen zijn gegaan om hem helemaal verlicht te zien. Vervolgens gingen we naar de Capitolijnse musea en naar de Santa Maria in Aracoeli.
’s Avonds zijn we naar de Spaanse trappen geweest. Normaal zijn daar een heleboel mensen, zijn de trappen prachtig verlicht en vol met bloembakken. Helaas was het hiervoor nog te vroeg in het seizoen. We moeten gewoon nog een keer terug komen! Na de trappen was het natuurlijk weer op zoek naar de Blue Ice! Al was het via een gigantische omweg, we hebben hem gevonden.
Op dag vier gingen we ’s ochtends naar een aantal kerken. Eindelijk konden we de Theresa in Extase eens in het echt zien. Mevrouw Braam had ons in de les zoveel daarover verteld, met veel verwijzingen naar het boek het Bernini Mysterie. ’s Middags met de bus naar Villa Hadriana. Dat is een enorm groot park waar keizer Hadrianus zijn buitenverblijf had. Persoonlijk was ik hiernaar het meest nieuwsgierig en ik werd niet teleurgesteld. Hier moesten we een tekening schetsen van de Cannopus (een van de best overgebleven gebouwen in het park). Dat zorgde wel voor wat hilariteit.
Dag vijf, de laatste echte dag alweer. Na wat improviseren, omdat we niet naar de Villa Borghese konden, hebben we de zogenoemde botjeskerk bezocht. De naam zegt het eigenlijk al, maar in die kerk is dus een gang helemaal versierd met echte botten. Een tikje luguber maar het maakte wel indruk. Vervolgens gingen we met de metro naar het Sint Pieters plein. Iedereen heeft die metro overleefd; niemand was achtergebleven op het station, en ook niemand was beroofd. Jammer genoeg begon het op weg naar het Vaticaan een beetje te regenen. Om twaalf uur stonden we op het plein, te wachten op de paus. Het begon steeds harder te regenen. De paus kwam in beeld op de grote tv-schermen. Alleen bij hem was het heel zonnig. Mmm dan kijk je om je heen en zie je alleen maar paraplu’s… dit was dus het eerste jaar dat de paus niet zelf aanwezig was!
Ongeveer de helft van ons had wel een paraplu mee. We hebben de straatverkopers echt een top dag bezorgd, ze konden ons aardig wat paraplu’s van echt goede (ahum) Bangladesh kwaliteit kunnen aansmeren. Zolang de politie er niet aan kwam natuurlijk, want dan waren ineens allemaal verdwenen. Eerst hadden we tijd om op eigen gelegenheid wat rond te struinen, wat souveniertjes te scoren. Daarna gingen we de Sint Pieter van binnen bekijken. Daar waren we wel even mee bezig. Als ik de Sint Pieter in één woord zou moeten omschrijven zou ik zeggen ‘’versierd’’. Er was echt heel veel te zien.
Na de Sint Pieter stonden het Castel del’Angelo en het Piazza Navona nog op het programma. Ondertussen waren we allemaal al aan het bibberen en het bleef maar gieten. Na het Castel del´Angelo gingen we toch maar niet verder. Nee, we wilden liever snel met de metro naar het hotel terug.
’s Avonds was het weer opgeklaard en konden we toch nog naar onze laatste bestemming; het Piazza Navona. Deze was het laatste onderwerp van een presentatie. Het piazza was heel sfeervol en gezellig. Allemaal tekenaars om de fonteinen heen, terrasjes en natuurljk een heleboel verkopers. Met zijn allen propten we ons voor de laatste keer in een restaurantje (dit keer namen we met zn twintigen het hele restaurant in beslag). Hier konden we voor de laatste keer genieten van heerlijke pizza´s en daarna –natuurlijk- voor de laatste maal naar de Blue Ice!
Maandagochtend hadden we nog een paar uur vrije tijd. Ons groepje ging nog even op jacht naar wat cadeautjes voor thuis, en natuurlijk nog even koffieleuten. Dat hoort er bij; cappuccino drinken. Toen was het toch echt voorbij… koffers weer in de bus en op naar het vliegveld. Om half acht ’s avonds waren we weer terug. Alle verhalen moesten natuurlijk verteld worden. Zo vat ik ze samen: ‘’het was gewoonweg geweldig!’’.

Liefs, Luna

1 opmerking:

  1. Hahahahaha dat met die verkeerde jongenskamer is echt heel grappig! Het klinkt echt zwaar vet, enne, drink jij cappuccino?! Awesome.

    Maar welke domme acties had je nog meer??

    Door jou luister ik nu opeens weer keiveel Josephliedjes trouwens :')

    teehee. X

    BeantwoordenVerwijderen